Santorini – het eiland van witte huisjes, blauwe koepels, dramatische zonsondergangen en luxe infinity pools. Het is zonder twijfel een van de meest gefotografeerde plekken ter wereld. Maar achter de eindeloze Instagram-posts en cruisebootdrukte ligt een ander Santorini. Een eiland met dorpjes waar de stilte zingt, wijngaarden waar de tijd traag stroomt en lavapaden die leiden naar vergeten kapellen. Wie de gebaande paden verlaat, ontdekt dat dit vulkanische juweel veel meer te bieden heeft dan alleen de beroemde skyline van Oia.

Weg van de drukte: binnenland boven kust
De meeste toeristen trekken naar de westkust van het eiland, waar Fira, Oia en Imerovigli zich aan de rand van de caldera vastklampen. Prachtig – dat zeker – maar ook druk en prijzig. Wil je Santorini op een andere manier ervaren, dan ga je landinwaarts of naar het zuidoosten van het eiland, waar je dorpen vindt die nauwelijks veranderd zijn in de afgelopen decennia.
Dorpen als Emporio, Megalochori en Exo Gonia zijn perfect bewaard gebleven en stralen nog die kenmerkende, verstilde sfeer uit van het oude eilandleven. Je vindt er smalle steegjes, poorten die leiden naar kleine binnenplaatsen, en bewoners die je begroeten met een glimlach zonder haast. Hier komt het eiland echt tot rust.
Wandelen over lavagrond
Santorini is geboren uit vuur. De vulkanische oorsprong van het eiland heeft een uniek landschap achtergelaten dat uitnodigt tot ontdekking te voet. Ver weg van de winkelstraten kun je lavapaden volgen die kronkelen door akkers, over heuvels en langs kapelletjes met uitzicht op zee.
Een aanrader is de wandelroute van Pyrgos naar het klooster van Profitis Ilias, het hoogste punt van het eiland. Onderweg passeer je wijngaarden, bloemenvelden (in het voorjaar), stille kerken en steeds weer nieuwe vergezichten over de caldera en de omringende zee.
Nog rustiger is de zuidelijke kuststrook, waar je kunt wandelen van het zwarte strand van Vlychada naar het natuurgebied bij Agios Georgios, een route langs kliffen, stilte en uitgestrekte velden.
Lokale smaken: wijn, tomaat en eenvoud
Santorini heeft een rijke culinaire traditie, ondanks – of misschien juist dankzij – het schrale vulkanische landschap. De druiven groeien hier laag bij de grond in karakteristieke ronde vormen (de kouloura) om beschermd te worden tegen de wind. Het resultaat is een unieke wijncultuur, met als parel de witte Assyrtiko, droog en mineraalrijk.
Vermijd de commerciële proeverijen en ga voor een bezoek aan een kleinere, familiegerunde wijnmakerij zoals Gavalas of Hatzidakis, waar je niet alleen kunt proeven, maar ook verhalen hoort over hoe wijn hier generaties verbindt.
Ook op je bord proef je het eiland. Denk aan fava (gele spliterwtenpuree), chloro (verse geitenkaas), en de beroemde Santorini-tomaat, klein en intens van smaak. In tavernes buiten de toeristische centra eet je het best – bijvoorbeeld in het binnenland of aan de oostkust, waar locals zelf nog aanschuiven.
Een vulkanische siësta
De ware rust van Santorini ervaar je in de middag, wanneer de zon hoog staat, de toeristenmassa nog in de hete straatjes van Oia zwerft, en het eiland zijn adem lijkt in te houden. Dan is het tijd om te verdwijnen op een schaduwrijke patio met een boek, een glas wijn of gewoon je eigen gedachten. De stenen muren houden de hitte buiten, de stilte is allesomvattend, en je hoort niets behalve het zachte ruisen van de wind door de wijnstokken.
Kies een verblijf in een traditioneel huis, een oude kapel die omgebouwd is tot guesthouse, of een agrotoerisme-adres waar je wakker wordt met uitzicht op lavavelden in plaats van infinity pools. Luxe zit hier in eenvoud.
Kleine kerken, grote verhalen
Over het eiland verspreid liggen honderden kapellen en kerkjes – soms verstopt, soms verlaten, soms omgeven door niets anders dan steen en stilte. Ze herinneren aan een tijd waarin het geloof en het landschap onlosmakelijk met elkaar verbonden waren. Elk van deze plekjes heeft zijn eigen patroonheilige, eigen feestdag en eigen verhaal. Een bezoek aan een kapel als Panagia Episkopi, gebouwd in de 11e eeuw, voelt als een reis terug in de tijd.
Wie geluk heeft, belandt op het eiland tijdens een lokale feestdag (panigyri), waarbij dans, eten en religie samenkomen in een puur dorpsfeest. Deze vieringen zijn meestal niet in reisgidsen te vinden, maar worden via mond-tot-mond verspreid. Vraag ernaar in een taverne – en laat je uitnodigen.
Santorini, opnieuw bekeken
Wie Santorini bezoekt met andere ogen, zal merken dat het eiland gelaagder is dan de brochures doen vermoeden. Ja, de zonsondergang in Oia is magisch – maar zo is ook het licht in het lege landschap bij Akrotiri net voor zonsondergang, of de kleuren van de zee bij Vlychada net na zonsopkomst. Hier ontdek je het eilandgevoel dat je bijblijft: stilte, schoonheid en verbondenheid met het land.
Conclusie
Santorini heeft meer dan zijn postkaartgezicht. Wie het lef heeft om de bekendste plekken te verlaten, wordt beloond met een ervaring die authentiek, rustig en onvergetelijk is. Verken de stille kant van het eiland, en je vindt misschien wel het mooiste Griekenland van allemaal – het Griekenland dat niet op foto’s past, maar wel in je hart.